ACT-zwachtelen

ACT-zwachtelen
Zwachten of amublante compressietherapie is het behandelen van oedeem met een verband. Het wordt vooral toegepast aan de benen, en soms ook aan de armen. Door het verband stijgt de druk in de weefsels, zodat het vocht uit het weefsel gedregen wordt, de lymfe en veneuze vaten in.  Bij het geven van compressie moet de druk het hoogst zijn rond de enkels en vandaar geleidelijk afnemen in de richting van het hart. De druk moet gelijkmatig worden verdeeld over alle zijden van het been.

Het been is vaak niet overal gelijkmatig rond. Zo steken scheenbeen en enkels uit en kunnen de zijkanten van de enkel wat hol zijn. Bij het zwachtelen zal de druk het hoogst zijn op de uitstekende delen. De druk zal lager zijn op de ‘holle’ kanten van het been. Om de druk gelijkmatig te verdelen, worden de holtes opgevuld om het been zo rond mogelijk te maken. Hiervoor gebruik je polstermateriaal.

We hebben een aantal voorbeelden voor het polsteren:
- Polsteren bij de enkel: maak een driehoekje van het polstermateriaal en leg dat aan de zijkanten van de enkel.

- Polsteren van het scheenbeen: knip van het polstermateriaal twee stukken, zolang als de lengte van het scheenbeen. Leg de afgeknipte stukken aan beide kanten van het scheenbeen.

Indicaties
Indicatie voor het zwachtelen zijn:
- Tegengaan van oedeem;
- Tegengaan van lymfoedeem;
- Trombose of het voorkomen van trombose.
- Behandeling van ulcus cruris, vrijwel elke beenword geneest sneller als er compressie gegeven wordt.
- Als onderdeel van compressietherapie van spataderen.

Contra-indicaties
- Een huidaandoening of wond die vaker dan 3x/week  verzorging vraagt.
- Etalagebenen.
- Reuma, dit is heel pijnlijk bij het aantrekken van de kous.
- Allergie voor een van de bestanddelen van de zwachtels of elastische kousen.
- Totale afsluiting van de diepgelegen vaten.
- Onvoldoende werking van de bloedcirculatie door de slagaderen.

Risico’s
Het belangrijkste risico is een te strak verband dat kan leiden tot verminderde doorbloeding en weefselschade. Dit gebeurt vooral als er, door verkeerd aanleggen, plaatselijk te veel druk ontstaat. Door onvoldoende polseren kunnen zo op drukpunten blaren en wonden ontstaan. Bij een slechte pompfucntie van het hart in combinatie met veel oedeem, kan er na het aanbrengen van het verband zoveel vocht in de bloedbaan komen, dat er acuur hartfalen ontstaat. In irsicogevallen zal de eerste keer één been per keer gezwachteld worden.

Complicaties
- Huid onder het drukverband is geïrriteerd à Smeer de huid dun in ver een huidverzorgende crème.

- Er zijn open stukken te zien ‘vensters’ à Leg de zwachtel opnieuw aan.

- Pijn of blauwe tenen na zwachtelen à Laat de cliënt lopen. Als de pijn na 15minuten niet over gaat de zwachtels opnieuw aanleggen. Als de pijn aanhoudt na opnieuw zwachtelen, arts waarschuwen.

- Witte tenen na het zwachtelen à Kan een teken zijn van arteriële insufficiëntie. Verwijder de zwachtels en waarschuw de arts.

- Afzakken van de zwachtel à Dit kan een gevolg zijn van een te los aangelegde zwachtel en/of van het snel verdwijnen van het oedeem. Leg het drukverband opnieuw aan.

- Striemen en blaren à Dit kan ontstaan als er met ongelijke spanning gezwachteld wordt. De zwachtel moet met constante spanning aangebracht worden en de vorm van het been volgen.

Welke soorten materialen zijn er en wanneer kies je voor welk materiaal
De materialen die je nodig hebt om te zwachten zijn:
– strak opgerolde korte-rekzwachtels (10 of 12 cm)

 – steun voor been (bijv. krukje, beensteun)

 – pleister, schaar

 – stoel of kruk voor hulpverlener
 – tricot buisverband/pretape
 – polsterwatten
 – nylonkous of panty
 – afvalbak

Wanneer een patiënt stil zit en niet beweegt is er een lage druk onder het verband, dit wordt ‘de rustdruk’ genoemd. Zodra de patiënt gaat lopen spant de kuit aan en wordt deze korter en dikker. Hierdoor wordt de druk in het verband hogter omdat het verband minder mee rekt dan de omvangsstijging van het beenm na het ontspannen van de kuit wordt deze wee langer en minder dik.  Wanneer een patiënt loopt is de druk dus niet regelmatig, dat is anders als de patiënt in constante rust is. Het is dus belangrijk bij zwachtelen om te kijken of de patiënt veel beweegt of juist veel rust.

Korte rek zwachtel
Een korte rek zwachtel is niet zo elastisch en geeft een hoge druk op het been als het in beweging is. Je gebruikt een krote rekzwachtel meestal bij een mobiele patiënt, deze mag dag en nacht gedragen worden.


Lange rek zwachtel
Bij een patiënt in rust kan je een lange rek zwachtel gebruiken. Deze geeft juist in rust een hoge druk. Je legt deze sochtends aan en verwijdert hem voor de nacht.

Verpleegkundige aandachtspunten
 -  Breng de zwachtels bij voorkeur ‘s morgens voor het opstaan aan, het been is dan nog relatief slank.

- Behandel, indien aanwezig, wonden volgens afspraak.

- Door het zwachtelen slinkt het been. Verwissel daarom voor een goede compressie het verband aanvankelijk tweemaal per week (of vaker als het verband afzakt), tot het oedeem voldoende is afgenomen, en daarna eenmaal per week. De zwachtels kunnen ’s nachts blijven zitten (nb lange-rekzwachtels altijd voor de nacht verwijderen).

-  Het kan nodig zijn om smalle en uitstekende delen zoals enkel, scheenbeen en knie te polsteren (holtes opvullen d.m.v. watten) om de druk gelijkmatig te verdelen en/of uitstekende delen te beschermen.

-  Bij het zwachtelen van het onderbeen zit of ligt de cliënt; bij het bovenbeen staat of ligt de cliënt.

-  Houd tijdens het zwachtelen van het onderbeen de voet in een hoek van 90° ten opzichte van het onderbeen. Houd bij het zwachtelen van het bovenbeen de knie licht gebogen.

- Kijk tijdens het zwachtelen in de rol. De zwachtel blijft als het ware tegen de huid kleven om de vorm van het been te volgen.

-  Wanneer halverwege het been een nieuwe zwachtel nodig is, wordt de nieuwe zwachtel eerst met een stevige slag om het been vast gezet.

-  Breng de zwachtels glad en zonder kreukels aan om drukplekken te voorkomen.

- Als de zwachtels zijn aangelegd mogen er geen openingen (‘vensters’) te zien zijn.

-  Fixeer de zwachtels met pleisters om afzakken te voorkomen (dit protocol).  Hiervoor kan ook tricot buisverband worden gebruikt, eventueel in dubbele lengte. Breng in dat geval eerst het tricot buisverband aan, vervolgens de zwachtels en sla daarna de rest van het buisverband terug over de zwachtel. Gebruik als alternatief een nylonkous met afgeknipte boord (boord kan knellen).


Protocol
Hieronder het protocol voor het zwachtelen met korte rek zwachtels.
https://www.vilanskickprotocollen.nl/iDocument/Viewers/Frameworks/ViewDocument.aspx?DocumentID=722109a9-672b-40c1-806a-fda0b5e64354&NavigationHistoryID=5499058&PortalID=469&Query=zwachtelen